donderdag 20 december 2012

Over scripties, geleuter, ideologieën en ivoren torens

Bart De Wever is deze week in Knack weer scherp. Zo zegt hij onder andere over professor Jan Blommaert en het boek van Ico Maly – Maly, I. (2012). N-VA. Analyse van een politieke ideologie. Antwerpen-Berchem: Uitgeverij EPO VZW) – hetvolgende: “Professor Blommaert is een PVDA-geïnspireerde academicus die aan de Universiteit van Tilburg promotor is geweest van een barslechte doctorale scriptie van Ico Maly over de N-VA. Ik lees graag kritische bijdragen over mijn partij, maar dat werkstuk is geleuter.”
En ik moet Bart De Wever hierin bijtreden.

Eigenlijk kon men het bedenkelijke niveau van het boek/scriptie al afleiden uit het Knack-interview 'Zoals Bart De Wever is er maar één' van enige tijd geleden. In dit interview maakte Ico Maly naar mijn gevoel immers een aantal dwalingen.

Zo stelde hij vooreerst dat Bart De Wever – in tegenstelling tot wat hij zelf zegt – geen conservatief is. Want een conservatief is volgens Maly

Iemand die de huidige toestand wil bewaren. Dat is natuurlijk niet waar De Wever naar streeft. In plaats van de Belgische staat te bewaren, wil hij een compleet nieuwe samenleving creëren.”

Hier ging Maly al dadelijk in de fout. Een conservatieve politicus wil immers helemaal de bestaande toestand niet bewaren. Het conservatisme wil gewoon de markt en de samenleving behoeden voor kannibalisatie door de staat. Is hiervoor de hervorming van een bepaalde toestand noodzakelijk, dan zal een conservatieve politicus dit zeker niet tegenhouden, integendeel. Moet hiervoor een nieuwe samenleving gecreëerd worden, so be it. En dat is wellicht wat de N-VA met zijn slogan voor de lokale en provinciale verkiezingen van 14 oktober 2012 ‘De kracht van verandering’ bedoelde. Een boodschap die dus perfect van een conservatieve politicus/partij kan komen.
Maar Ico Maly ging nog verder: het gedachtegoed van N-VA zou immers antidemocratisch zijn. Zo zou de N-VA de publieke opinie ervan overtuigd hebben dat er in ons land twee democratieën bestaan. Ik vermoed dat hij hiermee Vlaanderen en Wallonië bedoelde. Echter, als we enkele bladzijden terugbladeren in diezelfde Knack liet de Franstalige politicoloog Jean-Benoit Pilet (ULB) hetvolgende optekenen:

“Als men zegt dat er twee democratieën zijn, dan klopt dat ongetwijfeld, niet alleen als het gaat over welke partijen aan beide kanten van de taalgrens de verkiezingen winnen, maar meer nog geldt dit voor de inzet van de verkiezingen.”

Tja, wat is het nu? Zo veel mensen, zo veel meningen zeker? Alleen lijkt me in deze materie de visie en benadering van een politicoloog dan toch iets betrouwbaarder. Wie eerlijk is en onbevangen naar ons land kijkt, moet toch bekennen dat de opeenvolgende verkiezingen van 2010 en 2012 onomstotelijk bewezen hebben dat we in België wel degelijk te maken hebben met twee democratieën? Men stemt in Vlaanderen totaal tegenovergesteld dan in Wallonië. Daar waar men bijvoorbeeld in het Franstalig gedeelte van ons land de PS in het zadel houdt, krijgt de SP.A in Vlaanderen verkiezing na verkiezing steeds minder en minder kiezers achter zich.
Derde argument was dat Bart De Wever de democratie zou herleiden tot vox-populisme. Met andere woorden, de N-VA-voorzitter is gewoon een platvloerse populist. Et alors? Wat is er zo verkeerd aan een politicus die luistert naar wat er leeft op straat en dit politiek vertaald? Politici zijn toch volksvertegenwoordigers? Als ik in het stemhokje voor politicus A of B stem is het toch juist de bedoeling dat hij mij vertegenwoordigd in één of ander politiek orgaan? Dat is nu juist de essentie van de democratie, veel meer dan de sfeer van postjespakkerij en wereldvreemdheid die nu eigen is aan een groot deel van onze huidige politici. Er moet natuurlijk steeds respect zijn voor vrijheid en gelijkheid, maar mijn inziens wordt dit door geen enkel standpunt van de N-VA belet of in het gedrang gebracht.

Ik vind gewoon dat men moet opletten met het geven van interviews en het publiceren van boeken waarin de N-VA via allerlei omwegen en met soms foutieve redeneringen een antidemocratische partij én zelfs extreemrechts wordt genoemd. Men maakt de N-VA hiermee alleen maar slapend rijk.

Ik heb me het boek van Ico Maly dan ook dadelijk aangeschaft. Ik wilde het lezen om te zien of een boek dat zoveel aandacht in de media gekregen had ook daadwerkelijk correct de werkelijkheid weergaf of net zoals het interview een groot aantal dwalingen bevatte. En het is inderdaad ‘geleuter’.

Hét grote probleem van dit werkstuk is de subjectiviteit. De geloofwaardigheid van een analyse van een politieke ideologie staat of valt immers met de onafhankelijkheid van de auteur. Om mogelijke verwijten van subjectiviteit of sympathie dadelijk de kop in te drukken: ik heb geen lidkaart van de N-VA en heb op 14 oktober ook niet op deze partij gestemd.
Sterker nog, ik heb wel een lidkaart van een andere partij, namelijk 3D, een lokale politieke partij in mijn thuishaven Rumst. 3D is een partij zonder politieke kleur én onafhankelijk van eender welke nationale politieke partij. 3D richt zich tot elke burger van Rumst en de deelgemeenten Reet en Terhagen. En daar voel ik mij het best bij. Ik zeg altijd: ik ben niet links, niet rechts, maar averechts. Zo ben ik een hevige voorstander van ons Belgisch indexeringsmechanisme – een toch vrij links standpunt – terwijl ik aan de andere kant vind dat men de auto en zijn bestuurder niet langer als paria mag beschouwen en men integendeel dringend af moet van het fetisj van het openbaar vervoer. Een vrij rechts standpunt, niet?
Ik ben dus niet voor of tegen de N-VA, ik wil enkel maar een correcte en objectieve analyse van de ideologie van eender welke politieke partij nastreven.

Maar hoe zit dat dan met die subjectiviteit van Ico Maly? Ico Maly (1978) is licentiaat in de Vergelijkende Cultuurwetenschappen en post-licentiaat in de Ontwikkelingssamenwerking (optie politiek en conflict), Universiteit Gent. Sinds 2005 is hij actief binnen Kif Kif, onder andere als coördinator en afgevaardigd bestuurder én hoofdredacteur van Kif Kif Mediawatch.
Volgens de website is Kif Kif een interculturele beweging die strijdt voor gelijkheid en tegen racisme. Kif Kif bouwt mee aan een solidaire, democratische en interculturele samenleving. Verder op hun website is te lezen dat ze links en progressief zijn.
Kif Kif is met andere woorden een beweging die in onze maatschappij nodig en noodzakelijk is. Ook hun streven naar een uitbreiding en vervolmaking van de democratie kan op mijn steun rekenen. Zo wil Kif Kif de democratie niet alleen overlaten aan het louter politieke domein, maar houden ze een pleidooi voor een zo ruim mogelijke democratie. Een democratische staat is voor hen (en ook voor mij) een staat waarin elk aspect van de samenleving, ook de economie bijvoorbeeld, onder democratische controle valt. De huidige banken- en economische crisis maakt de noodzakelijkheid hiervan pijnlijk duidelijk.
Maar zoals ik hierboven reeds heb geschreven is Kif Kif dus een onmiskenbare linkse beweging en zal de overgrote meerderheid van hun standpunten – zoniet al hun standpunten – regelrecht tegen die van N-VA ingaan.
Dus hoe kan iemand die zo nauw verbonden is met Kif Kif en deze beweging (en dus ook hun standpunten en acties) coördineert nu in hemelsnaam een objectieve analyse maken van een politieke ideologie die haaks op de zijne staat?
In zijn dankwoord aan het begin van zijn boek schrijft Ico Maly trouwens nog hetvolgende:

Ik dank mijn promotor, leermeester en vriend Jan Blommaert uitdrukkelijk, niet alleen voor de kans die hij me gaf om dit onderzoek uit te voeren, maar ook en vooral voor de intellectuele vorming en ondersteuning die ik van hem heb gekregen. In dit onderzoek, en in al mijn publicaties, klinkt zijn stem steeds door.

Jan Blommaert is hoogleraar taal, cultuur en globalisering aan de universiteiten van Tilburg en Gent. Maar hij is vooral ook een uitgesproken links intellectueel. Op de website van de Partij van de Arbeid van België staat onder andere te lezen dat hij mee aan de wieg stond van de Ronde Tafel van Socialisten en zijn analyses op DeWereldMorgen.be en Kifkif.be zijn de best gelezen stukken op die sites.
Als Bart De Wever dan toch extreem-rechts is, dan is Jan Blommaert ongetwijfeld extreem-links, hoewel hij zelf zegt dat de zogenaamde ‘linkse kerk’ niet bestaat en veeleer een verzinsel van rechts is, waarbij de ‘rechtse kerk’ dan wel zou bestaan. Nu is ‘kerk’ sowieso een verkeerde woordkeuze, want ‘kerk’ veronderstelt het geloof in een bepaalde leer die voortvloeit uit een soort van heilig schrift, een bijbel. Maar een bijbel is een geschrift dat sinds duizenden jaren onveranderd is gebleven, en laten we nu toch hopen dat zowel links als rechts een iets modernere visie op de samenleving hebben en hoe deze het best georganiseerd dient te worden. 

Maar Ico Maly is dus – zoals hij zelf zegt – intellectueel gevormd door Jan Blommaert. Sterker nog, alle publicaties van Ico Maly zijn doordesemd met de opvattingen en theorieën van Jan Blommaert. Kan je dan eigenlijk op voorhand al niet stellen dat Ico Maly’s analyse van de politieke ideologie van N-VA per definitie volledig subjectief is en eigenlijk niet meer is dan een boek tégen de N-VA in plaats van een geloofwaardige doorlichting van het gedachtegoed van de partij van Bart De Wever?

Als N-VA. Analyse van een politieke ideologie. al een waarde heeft, dan is het vooral om te begrijpen hoe links en ook de linkse culturele elite naar Bart De Wever en N-VA kijken. Maar dat is slechts hun waarheid en analyse , maar daarom niet dé waarheid of dé correcte analyse.

Ik wou dat ik de tijd en de middelen had om de analyse over te doen, maar ik heb deze luxe spijtig genoeg niet. Het aanschaffen van de boeken om een dergelijke objectieve analyse te maken van een politieke ideologie zou mij alleen al een fortuin kosten, laat staan dat ik tijd zou hebben om ze allemaal te lezen en er ook nog een lijvig boek over te schrijven.
En laat dat nu net het probleem van vele studies, scripties en onderzoeken zijn. Deze auteurs hebben en krijgen hiervoor wel de tijd en middelen, maar hangen tegelijkertijd af van subsidies, maken deel uit van een bepaalde universiteit of groep die nauwe banden heeft met de politieke wereld, een rector van bepaalde signatuur, en ga zo maar verder. Om over de promotoren waaraan men schatplichtig is nog maar te zwijgen.
Het zou dus misschien waardevol zijn moest een niet-academicus eens een analyse maken van bijvoorbeeld de politieke ideologie van de N-VA. Een niet-academicus word immers niet beïnvloed door ingestudeerde theorieën of een geïndoctrineerde 'werkelijkheid' en kijkt met een onafhankelijke en onbevangen blik naar onze maatschappij. Daarnaast staat hij midden in de samenleving en kijkt hij niet toe vanuit een ivoren toren.

Nick Mertens

donderdag 26 april 2012

Over verdeeltaksen en journalistiek

Van bepaalde dossiers maakt de politieke wereld graag een karikatuur, zeker als hen dit extra stemmen kan opleveren. Zo ook met de verdeeltaks.

Omdat ik beroepshalve dagelijks te maken krijg met de heffing van verdeelrechten, wil ik toch graag even verduidelijken waar dit dossier echt om draait.

Eerst en vooral is de benaming 'Miserietaks' een foutieve term die wat misbruikt is door de politiek en vooral de SP.A en de oppositie om aan dit dossier wat extra drama toe te voegen.

Want wat is de verdeeltaks juist? De verdeeltaks - of verdeelrechten zoals ze in het notariaat noemen - zijn de registratierechten die betaald dienen te worden wanneer mensen uit onverdeeldheid treden, dus niet alleen bij een echtscheiding. Ook twee niet-gehuwde mensen die samen iets gekocht hebben dienen bij overname van het onroerend goed door één van beiden deze verdeelrechten te betalen. Dit kunnen niet-gehuwde partners zijn, maar ook bijvoorbeeld twee broers die samen een opbrengsteigendom hadden aangekocht. Dus dat dit enkel bij echtscheiding of erfenis dient betaald te worden is dus foutief.

Mijn inziens moet dit zelfs bij erfenis niet betaald te worden zoals De Standaard in zijn artikel hieromtrent aanhaalde. Bij een erfenis worden immers successierechten en geen verdeelrechten geheven. Wat wel kan gebeuren is dat twee broers een onroerend goed in onverdeeldheid erven van hun ouders, en één van beide broers nadien het onroerend goed geheel overneemt. Dan zijn op deze transactie verdeelrechten van toepassing, maar dus enkel omwille van de uit onverdeeldheid treding, en niet omwille van de erfenis.

Hoeveel bedroegen deze verdeelrechten vroeger? 1% op de totale waarde van het onroerend goed wanneer de onverdeeldheid kwam op te houden te bestaan (dus één iemand neemt het onroerend goed volledig over). Waren er bijvoorbeeld drie broers en twee ervan namen het deel over van hun derde broer, dan kwam de onverdeeldheid niet ophouden te bestaan, en werd er 1% geheven op de waarde van het overgedragen deel.
Volgens wat ik uit politieke kring en de pers heb mogen vernemen neem ik aan dat deze tarieven dus verhoogd zullen worden naar 2,5%, met compensatie van bijkomende sociale verminderingen, wat ik alleen maar kan toejuichen.

Het bovengaande had ik dan ook overgemaakt aan de redactie van De Standaard. Niet om het betreffende artikel aan te vallen of te bekritiseren, maar gewoon om extra duiding te geven, ook naar hun lezers toe.
Tot nu toe heb ik daarop geen reactie gekregen.

En dat brengt mij dan weer tot de rol die vandaag de dag de pers in ons land speelt. Naar mijn mening volgt de pers in hun verslaggeving te slaafs de politiek, ook de kwaliteitskranten. En ik ben niet de enige die de laatste tijd het proces van de pers maakt. De enige die naar mijn mening de dans wat omspringt is Knack. Hun artikels zijn niet altijd politiek correct, maar wel waarheidsgetrouw, en is dat niet de bestaansreden van pers en journalistiek, eerder dan enkel maar een spreekbuis van de politiek te zijn?

Beroepshalve heb ik bij cliënten niet echt weerstand gevoeld bij de verhoging van de verdeelrechten. Wel zo bij de opgegooide verhoging van de successierechten door de SP.A. Want de successierechten zijn de echte miserietaks, en zo mogelijk de grootste asociale belastingheffing in ons land. Onrechtstreeks wilde de SP.A deze asociale belasting dus nog wat verhogen, begrijpe wie begrijpe kan?

De term 'miserietaks' is dus wat kort door de bocht en dekt niet de hele lading. Omdat onze kwaliteitspers nalaat dit toch wat te nuanceren en in het juiste kader te plaatsen, doe ik het dan maar. Maar eigenlijk zijn er anderen die hiervoor betaald worden.

Journalisten, doe navraag en toets je artikelen bij deskundigen. Het zal de kwaliteit en de appreciatie naar de pers toe enkel maar ten goede komen.

Nick Mertens
26 april 2012